Tips voor een succesvolle training bij O12
Als trainer/coach van O12-spelers wil je voorafgaand en tijdens de training je boodschap en instructies zo goed mogelijk overbrengen. De onderstaande tips helpen daarbij.
Handige plek
Zoek een handige plek als je voor de groep staat – een plek waar kinderen niet worden afgeleid. Als er veel ouders langs de lijn staan: de middencirkel. Laat kinderen bij lekker weer zitten. Zorg dat je de hele groep kunt overzien – én dat zij jou goed zien en horen. In hun rug hebben spelers dan, indien aanwezig, een felle, laagstaande zon, hun ouders en partijtjes op andere velden. Jij een harde wind.
Betrek de spelers bij je plan
Houd je welkomstwoordje kort en krachtig. Refereer aan wat er goed ging de laatste wedstrijd. Vraag naar wat er nóg beter kan en kondig aan dat we daar maar eens op moeten trainen. Betrek kinderen bij je plan, dat motiveert ze. Wat ging er zaterdag goed in het aanvallen? We creëerden goede kansen en scoorden vijf keer. Wat kan er beter? We schoten de bal van achteren voorbij het middenveld heen naar voren en verloren zo vaak de bal. Hoe krijgen we de bal daar vía het middenveld?
Strakke orde en ongevraagd advies
Nadat je de oefenvorm hebt uitgelegd en voorgedaan, begint het werk van de trainer pas echt. Je begeleidt, stuurt de spelers in de goede richting, corrigeert bij fouten, coacht ze. Hanteer hierbij een stijl die goed bij jou én de spelers past. In de klassieke, disciplinaire stijl kies je ervoor strak te leiden. Je stelt je centraal op, legt de oefenvorm nadrukkelijk en uitvoerig uit. Vervolgens bewaak je met strakke orde rust en werktempo. Je corrigeert veel, geeft voortdurend ongevraagd advies.
Of de moderne, zorgzame stijl?
Je kunt je afvragen of deze stijl bij D-jeugd past. Het kan zijn dat je meer geschikt bent om oudere leeftijdsgroepen te coachen. In de meer ‘moderne’, zorgzame stijl schep je eerst een prettige sfeer. Laat je een speler het voorbeeld geven en corrigeer je alleen als men de bedoeling niet door heeft. Je houdt het wel kort en duidelijk. Je stopt situaties alleen als spelers er echt iets van kunnen leren, niet om jouw kennis te etaleren.
Kijk sámen naar de situatie
Verder laat je ze zelf problemen oplossen, geef je hen ruimte voor eigen inbreng en help je spelers individueel. Als je toch corrigeert, doe je dit niet frontaal tegenover een speler. Dit kan hem in verwarring brengen – en jou het overzicht op het veld doen verliezen. Je gaat bij hem of haar staan, kijkt sámen naar de situatie, doet het voor, moedigt aan. Dan stap je weer snel buiten de lijnen.